Op stap met Rosalie Dekker, ecoloog van Hopman en Peters.
Ecologisch onderzoek begint altijd aan het bureau van de ecoloog. Maar daar houdt het natuurlijk niet op. Het belangrijkste onderdeel van het ecologisch onderzoek vindt plaats ‘in het veld’. Op de onderzoek locatie en de bijhorende natuur.
Is er wel of geen beschermde flora en fauna aanwezig op de onderzoek locatie? Moeten er wel of geen aanvullende maatregelen genomen worden na het nader onderzoek? Allemaal vragen die alleen na meerdere bezoeken op de onderzoek locatie beantwoord kunnen worden.
We gaan op stap met Rosalie Dekker, ecoloog van Hopman en Peters. Locatie: het mooie buitengebied van Leersum, onderdeel van de gemeente Utrechtse Heuvelrug.
Rosalie is zelf verantwoordelijk voor de uitgevoerde ecologische QuickScan op de locatie in Leersum. De nieuwe eigenaar van het perceel wil de bestaande bebouwing slopen en een nieuwe woning bouwen. De initiatiefnemer is wettelijk verplicht om voorafgaand aan deze ruimtelijke ingreep onderzoek te doen naar de mogelijke effecten van de ruimtelijke ingreep op aanwezige en beschermde flora en fauna.
De uitkomsten van de door Hopman en Peters uitgevoerde ecologischeQuickScan geven duidelijk aanleiding voor nader onderzoek:
In het gebouw zijn mogelijk verschillende functies van verschillende soorten vleermuizen aanwezig;
In het gebouw is er mogelijk een nestlocatie/zijn er nestlocaties aanwezig van de huismus en gierzwaluw.
Het nader ecologisch onderzoek moet uitwijzen of de conclusies van de ecologische QuickScan in de praktijk ook kloppen. Het nader onderzoek bestaat uit meerdere bezoeken aan de onderzoek locatie. Tijdens deze bezoeken zal worden vastgesteld of de aanwezig geachte vleermuizen, huismussen en gierzwaluwen ook daadwerkelijk eenverblijfplaats hebben in de te slopen woning.
Het is woensdagavond 1 juni. Rosalie is al op locatie en heeft een eerste inspectieronde gemaakt. Het is nog vroeg in de avond en heerlijk weer. De zon schijnt nog volop en de temperatuur is rond de 20 graden. ‘Nog niet het ideale tijdstip om vleermuizen waar te nemen’ lacht Rosalie. ‘Daarvoor moeten we nog een paar uurtjes geduld hebben’.
De bedoeling is dat deze inspectieronde duurt tot ongeveer half één vannacht. ‘Vooral rond de schemering en daarna komen vleermuizen in actie. Voor mij belangrijk om op die momenten waar te nemen of er vleermuizen zijn die het pand uitkomen of juist hun verblijfplaats in het pand weer opzoeken’.
‘Het is belangrijk om echt waar te nemen of vleermuizen gebruikmaken van deze woning als hun verblijfplaats. Want vleermuizen die op locatie wel rondvliegen, maar hun nest ergens anders hebben zijn in eerste instantie geen belemmering voor de voorgenomen sloop en bouw van de woning’ benadrukt Rosalie. ‘Wel moet goed de aanvliegroute naar de daadwerkelijke verblijfplaats helder zijn. Dan weten we zeker dat er van die vleermuizen geen belemmering voor de ontwikkeling van het pand ontstaat’.
Gedurende de inspectie verplaatsen we ons regelmatig. Tijdens de QuickScan heeft Rosalie in kaart gebracht waar de mogelijke verblijfplaatsen zich in het pand zouden kunnen bevinden. Onze focus ligt dus op die ‘hotspots’ van het pand. Rosalie maakt gebruik van een verrekijker en een bat-detector.
‘Die bat-detector is belangrijk voor mij. Zeker als het donkerder wordt. Die detector versterkt de geluiden die een vleermuis maakt. Ik weet dan zeker dat er vleermuizen in de omgeving zijn. Belangrijk is het vervolgens om waar te nemen of ze ook daadwerkelijk het pand invliegen.Als er bewegingen het pand in of uit zijn, leg ik die allemaal vast in mijn rapportage. Dat geldt ook voor alle bewegingen rondom het pand’.
Met deze rapportage, na alle inspectierondes concluderen we of er een mitigatie of compensatieplan moet worden gemaakt. Voor de opdrachtgever een belangrijk moment. Kan er wel of niet met de geplande sloop en bouw van de nieuwe woning gestart worden’.
Met één inspectieronde is het nader onderzoek niet klaar. Om vast te stellen of er vleermuizen gebruikmaken van de oude woning zijn op deze locatie 4 inspectierondes nodig. Voor de huismuis 2 en voor de gierzwaluw 3. Er is dus nog volop werk aan de winkel.
‘Het goede nieuws voor de opdrachtgever is dat in deze inspectieronde geen vleermuis zich heeft gemeld die in het pand op zoek was naar de verblijfplaats’. Zo geeft Rosalie de volgende dag aan. ‘Dat is hoopvol, maar dit is pas een deel van het complete nader onderzoek. De overige inspecties op deze locatie gaan uitwijzen of de opdrachtgever door kan met de sloop- en verbouwplannen of dat er toch aanvullende maatregelen nodig zijn’.